Mag Barolo de kroon dragen van wijnland Italië?

Het verhaal van de "broertjes" Negretti

Als Barolo de kroon mag dragen van wijnland Italië, dan zijn de broertjes Negretti beslist leden van de ‘koninklijke familie’. Hun bevlogenheid en ongeremde werklust brachten Negretti aan de top.

Barolo dankt zijn naam aan het gelijknamige wijndorpje vijftien kilometer ten zuiden van de stad Alba, in de provincie Piëmont, Noordwest-Italië. Barolo wordt in nagenoeg alle literatuur omschreven als de ‘koning’ van alle Italiaanse wijnen. In 1980 was het één van de vijf wijnen die als eerste werden toegelaten tot de eredivisie, samengebracht in de DOCG, de afkorting van Denominazione di Origine Controllata e Garantia. Piëmont is de streek van beroemde druivenrassen als nebbiolo, barbera en dolcetto. Maar was het altijd allemaal wel even nobel wat er uit het Barolo-gebied kwam?

Verkeerde mentaliteit

Vooral in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw heerste er een verkeerde mentaliteit in Italië. De ‘koninklijke Barolo’ vormde hierop geen uitzondering. Veel wijngaarden waren met maar één doel voor ogen met wijnstokken beplant: massaproductie. De toenmalige mening was dat wijn werd gemaakt in de kelder en dat hoe het er in de wijngaarden aan toe ging slechts van secundair belang was.

Vader Negretti werkte in verschillende kelders en zag vaak fruit van belabberde kwaliteit binnenkomen. Eind jaren zeventig kocht hij zijn eerste lapje wijngaard, nu bezit hij in die regio circa 20 hectaren. Als één van de pioniers richtte hij zich volledig op het welzijn van de druif en de gezondheid van zijn wijngaard. Kunstmatige bestrijdingsmiddelen waren toen troef, maar niet bij Negretti. Hij bracht als het ware de natuur terug in de wingerd. Vanaf de eerste oogst in 1978 richtte hij zich samen met zijn broer volledig op de productie van kerngezonde druiven. Het daarna maken van de wijn is volgens hem nog slechts ‘het bijstaan van een natuurlijk proces’.

Minder fruit, maar wel schitterend

In de wijngaarden wordt de wijnstok nu kort gehouden, waardoor er veel minder fruit komt, maar wél van prachtige kwaliteit. Tijdens de oogst maken de ervaren plukkers een eerste kwaliteitsselectie in de wijngaard. Vervolgens vervoert men de druiven in kleine plastic kratjes, om ze onbeschadigd in de kelder te krijgen. Daar wordt het verse fruit met grote zorg behandeld en nógmaals op kwaliteit bekeken: alleen het beste mag door. Er is een ultramoderne machine om héél zachtjes de steeltjes van de druiven te verwijderen. Ook de pers is het meest eigentijdse dat de markt biedt. De jonge wijn wordt tijdens de gisting nauwlettend in de gaten gehouden om ervoor te zorgen dat de temperatuur niet te hoog wordt. Daarna mag een deel van de wijn de elitebehandeling bij uitstek ondergaan: rijping in splinternieuwe wijnvaten van eikenhout. Dit alles resulteert in complexe wijnen met veel kleur, geur (tonen van teer, gedroogde rozen, drop en pruimen), smaak en kracht. Het zijn bovendien wijnen die zich formidabel ontwikkelen in een koele kelder.

De grote Barolo-druif is de nebbiolo. Eenmaal plukrijp is een waas op de schil zichtbaar, vergelijkbaar met de vroege ochtendnevels die tussen de wijngaarden hangen. Barolo moet voor 100% bestaan uit nebbiolo. Daarnaast zijn er in Piemont nog twee andere blauwe druiven die belangrijk zijn: barbera en dolcetto. Hoewel van deze twee rassen soms uitstekende wijnen worden gemaakt, worden het niveau en de diepte van Barolo zelden gehaald, de prijzen evenmin. Bestel de mooie wijnen van de broertjes Negretti hier...