Bij Villa Raiano wordt veel nadruk gelegd op de combinatie van druif en microklimaat. Het aanwezige microklimaat is ideaal, want door de beschutting van de bergen is het al vroeg in het voorjaar warm. Kom je wat hoger op de hellingen, dan ontstaat er een groot verschil tussen dag- en nachttemperatuur, ideaal voor de ontwikkeling van de druif.
De wijnbouw in Irpinia heeft een oude geschiedenis. Deze ontwikkelde zich geografisch langs twee rivieren die beide afkomstig zijn van het Tuoro-Terminio- massief van de Zuidelijke Apennijnen. Langs de oevers van de rivier de Sabato, die aan de oostkant stroomt, liggen de gemeenten die de twee witte druivenrassen van de provincie Avellino omvatten: Fiano di Avellino en Greco di Tufo. Terwijl langs de oevers van de rivier Calore, die aan de westkant stroomt, de Aglianico- druif staat aangeplant, hoofdzakelijk voorbestemd voor de Taurasi.
De moderne in 2009 gebouwde kelder ligt gedeeltelijk onder de grond. De druiven komen boven binnen en worden daar geperst. Dan gaan ze een etage lager voor de vergisting en uiteindelijk komen ze in de bottelarij diep onder de grond. Zo hoeft de wijn nooit machinaal over te worden gepompt en dat zorgt voor een echte kwaliteitsverbetering. De wijnen zijn vanaf de oogst 2018 in conversie naar biologische wijnbouw.